De Koffiecultuur
Forfatter: J. Hagen
År: 1924
Forlag: H. D. Tjeenk Willink & Zoon
Sted: Haarlem
Sider: 95
UDK: 663.93 Hag
Onze koloniale landbouw.
Twaalf populaire handboekjes over nederlandschindische landbouwproducten, onder redactie van dr. j. dekker
Søgning i bogen
Den bedste måde at søge i bogen er ved at downloade PDF'en og søge i den.
Derved får du fremhævet ordene visuelt direkte på billedet af siden.
Digitaliseret bog
Bogens tekst er maskinlæst, så der kan være en del fejl og mangler.
46
SCHADUW
Ook een andere boom, (eveneens een Leguminoos) de Albizzia, heeft men veel geplant. Hiervan heeft men twee soorten gebezigd, de A. moluccana en de A. stipulata, beiden worden zeer groote boomen, de eerste groeit nog snelier dan de dadap, is echter zeer broos, zoodat nu en dan groote takken afbreken, die dan de koffie beschädigen. De tweede is veel sterker, maar groeit langzamer en verliest haar bladeren in den Oostmoesson.
Ook de Albizzia’s hebben vele vij anden en het is dus gelukkig, dat we in de laatste jaren een boom hebben gevonden, die in hooge mate aan de gestelde eischen voldoet; ik bedoel de Lamtoro (Leucaena glauca), een plant tot de Mimoseae behoorende. De Lamtoro is een stikstofverzamelaar en levert een massa zaden, welke in den laatsten tijd worden verzameld en fijngemalen als mest weder aan onze tuinen kunnen worden terug gegeven. Op dit punt kom ik in het hoofdstuk „bemesting” terug.
De afstand, waarop men de schaduw plant, hangt af van een massa factoren, zooals de ligging van het land boven zee, van de soort koffie die men teelt etc. In het algemeen zorge men voor niet te dichte en niet te ijle schaduw. De ideale toestand van de schaduw moet zoo zijn, dat we lanen krijgen, die bij doorzicht van Noord naar Zuid een iets breedere en van Oost naar West een iets smallere strook lucht te zien geven.
De koffie is zooals gezegd zeer gevoelig voor wind, zoodat het vaak noodig is de aan den wind blootgestelde plekken van wind-brekers te voorzien. Men kan daarvoor de Kasoemba {Bixa orellana) nemen of nog beter de Lamtoro, die men dan in heggen dient te planten.
De Lamtoro wordt uit zaad gekweekt, hetzij op bedden of direct in den vollen grond, later kan men ze als stumps overplanten, men dient dan door doelmatigen snoei een goeden vorm aan den boom te geven. De boom wordt niet bijzonder hoog en heeft jammer genoeg geen grooten bladafval.