De Koffiecultuur

4« SNOEIEN aanplant zieh gesloten bad. Ook hier zal de wäre methode wel in het midden liggen. Elk beheerder zal de omstandigheden in aanmerking moeten nemen, en dan beslissen of eene oude aanplant nog bewerking noodig heeft of niet. Men bedenke wel, dat de bewerking de bladlaag weder vernietigt en het is jtrist daarin dat de fijne haarwortels der koffie in symbiose met stikstof ver-zamelende Schimmels, i. c. de mykorrhyza, de stikstof uit de atmosfeer vastleggen en voor den boom beschikbaar maken. i. Snoeien Het doel van het snoeien moet zijn boomen te vormen die lang leven en geregeld een oogst afwerpen. Om dit te bereiken moet de boom een goed ontwikkeld wortelstelsel en een flinken gezonden stam hebben, bezet met krachtige takken en flink ont-wikkelde bladeren. Wanneer dit alles aanwezig is, dan moet de planter nog zorgen voor een rationeelen snoei om eventueele overproductie of wel te geringe opbrengst te voorkomen. Het is duidelijk, dat dus elke soort of varieteit koffie anders zal moeten worden behandele!. Bovendien heeft het klimaat weer grooten invloed en zal men in droge streken weer anders moeten snoeien dan in natte. In hoofdzaak bestaat het snoeien in toppen en daar deze werk-wijze een sterke ontwikkeling van het secundaire en tertiaire hout ten gevolge heeft, moet het onverwijld gevolgd worden door uitdunning daarvan. Het toppen passen we toe om den pluk te vergemakkelijken, vooral van die soorten koffie die zieh zoo graag naar boven toe öntwikkelen, maar ook om de boomen te dwingen spoedig in de breedte te groeien, zoodat daardoor de aanplant eerder gesloten wordt. Het geschiedt door den stam op de door ons aan-genomen hoogte boven een ros door te snijden en tegelijk een der zij takken weg te nemen. Doen we dit niet, dan worden de twee bovenste takken zoo zwaar, dat de stam inscheurt. Zoo