ForsideBøgerDe Koffiecultuur

De Koffiecultuur

Forfatter: J. Hagen

År: 1924

Forlag: H. D. Tjeenk Willink & Zoon

Sted: Haarlem

Sider: 95

UDK: 663.93 Hag

Onze koloniale landbouw.

Twaalf populaire handboekjes over nederlandschindische landbouwproducten, onder redactie van dr. j. dekker

Søgning i bogen

Den bedste måde at søge i bogen er ved at downloade PDF'en og søge i den.

Derved får du fremhævet ordene visuelt direkte på billedet af siden.

Download PDF

Digitaliseret bog

Bogens tekst er maskinlæst, så der kan være en del fejl og mangler.

Side af 114 Forrige Næste
HOOFDSTUK VI OOGST EN BEREIDING Zeven tot tien maanden, soms zelfs nog langer, aibangend van de soort en het klimaat waarin de boom groeit, begint de koffie te rijpen. Hebben we bij Javakoffie hoogstens vier bloeiperioden, waarvan eigenlijk één de voornaamste is en daarom de groote of hoofdbloei genoemd wordt, de Liberia, Robusta, Quillou e. a. bloeien geregelt! door, ofschoon de eene maal rijker dan de andere. Dat dit een groot voordeel is, werd reeds eerder aangetoond. De pluktijd is op een koffieland wel de aardigste tijd, veel volk komt dan op, om een handje mee te helpen, er wordt goed geld verdienet, zoodat leven en vertier alom heerschen. In hoofd-zaak plukken vrouwen en kinderen, ofschoon als het noodig is ook alle mannen daaraan meedoen. Gewapend met de noodige ledige zakken en mandjes en waar noodig met lichte ladders van bamboe, trekt men naar de tuinen, waar elke koelie een rij krijgt welke hij of zij moet afplukken. Nauwkeurig toezicht is hierbij noodig om te zorgen dat geen rijpe bessen worden over-geslagen, terwijl de noodige voorzichtigheid in acht moet worden genomen, om beschadiging der boomen te voorkomen. Zoodra de rijpe bessen geplukt zijn, moeten de afgevallen vruchten, waaronder natuurlijk droge, onrijpe en ook rijpe zieh bevinden, worden opgeraapt. Deze worden apart ingeleverd als inférieur